Struikelstenen in Doorn

De gemeenteraad heeft de motie ‘Voorbereiding Struikelstenen (Stolpersteine)’ aangenomen. Een werkgroep onderzocht hierna welke inwoners in aanmerking komen voor een herdenking met een Struikelsteen. De eerste inventarisatie is afgerond en de eerste serie struikelstenen is gelegd.

Struikelstenen herinneren ons aan inwoners of onderduikers die slachtoffer zijn geworden van het nationaalsocialisme. We zullen hen niet vergeten. Deze stenen worden geplaatst in de directe nabijheid van het huis waarin het slachtoffer het laatst (vrijwillig) verbleef.

Woensdag 16 april zijn op De Geer van Jutfaaslaan 1, Kaaplaan 3, Nassaulaan 23, Oude Arnhemse Bovenweg 1, Parklaan 3, Parklaan 4, Sitiopark 2, Sitiopark 6, Sparrenlaan 43, Van Bennekomweg 38a en Wilhelminaweg 10, struikelstenen onthuld. Hierbij waren ook nabestaanden aanwezig.

Foto's onthulling Struikelstenen in Doorn.

De Geer van Jutfaaslaan 1

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE 
GRETA STERN
GEB. 1890
GEDEPORTEERD 25-MEI-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 28-MEI-1943
SOBIBOR

HIER WOONDE 
TONY STERN
GEB. 1884
GEDEPORTEERD 18-MEI-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 21-MEI-1943
SOBIBOR

HIER WOONDE 
LOUIS STERN
GEB. 1882
GEDEPORTEERD 20-APR-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 23-APR-1943
SOBIBOR

De broer en zusters Stern, Louis, Greta en Tony kwamen uit Geseke in Duitsland. De broer en zusters waren ongehuwd. We weten dat de ouders Felix Stern en Henriëtte Aronstein waren en dat ze nog 4 broers en zusters hadden, maar zij zijn niet naar Nederland gekomen.

Ze zijn ook via Westerbork en Rotterdam in 1941 naar Doorn gekomen. Daar zijn ze in 1943 opgepakt.

Alle drie zijn in Sobibor vermoord, Louis op 23 april 1943, 61 jaar, Tony op 21 mei 1943, 58 jaar en Greta op 28 mei 1943, 52 jaar oud.

Kaaplaan 3

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE 
ELSE BABETTE 
WACHENHEIMER-MOOS
GEB. 1895
GEDEPORTEERD 1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 14-OKT-1944
AUSCHWITZ

HIER WOONDE 
EUGEN WACHENHEIMER
GEB. 1886
GEDEPORTEERD 1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 14-OKT-1944
AUSCHWITZ

HIER WOONDE 
MATHILDE 
WACHENHEIMER-
WERTHEIMER
GEB. 1865
GEDEPORTEERD 20-JUL-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 23-JUL-1943
SOBIBOR

Op Kaaplaan 3 woonde de familie Wachenheimer. Eugen Wachenheimer, zijn vrouw Else Babette Moos, zijn moeder Mathilde Wertheimer en hun dochter Isabelle.

Eugen was een gedecoreerde marineofficier die na de Eerste Wereldoorlog secretaris was van de Duitse marine bij het verdrag van Versailles in 1919. Hij kon zich niet voorstellen dat hij en zijn familie met zoveel verdiensten voor zijn vaderland gevaar zou lopen vanwege hun joodse identiteit, die zij overigens niet praktiseerden. 

Zij werden zoals bijna alle joden verplicht te verhuizen naar Amsterdam. Isabelle zat daar op school. 

Er is in die tijd van haar een portretfoto gemaakt. In april 1943 werden Eugen en Else Babette opgehaald en naar Theresienstadt gebracht. Isabelle bleef bij haar grootmoeder. Na een maand werd ook haar grootmoeder opgepakt en direct doorgestuurd naar Sobibor. Zij overleed op 23 juli 1943, 77 jaar oud.  Eugen en Else Babette zijn na een verblijf in Theresienstadt gedeporteerd naar Auschwitz en daar op 14 oktober omgebracht, oud 57 en 49 jaar.

Isabelle werd in juni 1943 bij een razzia opgepakt. Zij werd naar Theresienstadt gedeporteerd. Daar heeft ze haar ouders nog gezien. Vervolgens werd zij ook naar een werkkamp in Auschwitz gebracht en later naar een werkkamp in Oostenrijk gestuurd. Daar is ze bevrijd door het Amerikaanse leger. 

Ze is getrouwd en met haar man Karl Elon naar Amerika vertrokken. Ze is in 2010 overleden. Haar dochter zou hier aanwezig zijn maar heeft op het laatste  moment moeten afzeggen. Haar kampkleding is bewaard gebleven en wordt tentoongesteld in het Rijksmuseum.

Nassaulaan 23

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE
BETTY HEYMANN-LEVY
GEB. 1865
GEDEPORTEERD 10-MRT-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 13-MRT-1943
SOBIBOR

Betty Levy is geboren op 5 april 1865 in Mittenwalde in Duitsland. Zij was getrouwd met Philip Heymann, die in 1934 is overleden. Zij hadden een dochter Gertrud, geboren op 9 april 1894 in Barmen-Elberfeld, zij was getrouwd met Hugo Wallach. Betty is in 1939 via Zevenaar in Nederland gekomen en door de Nederlandse overheid ondergebracht in Westerbork.

Zij is via Rotterdam naar Doorn gekomen. Zij is 1943 opgepakt, weer naar Westerbork gebracht en van daar uit gedeporteerd naar Sobibor, waar ze op 13 maart 1943 is vermoord, 72 jaar oud.

Oude Arnhemse Bovenweg 1

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE 
BRAMINE EELCOLINE 
VAN DER AA-MEERTENS
GEB. 1893
VERZETSSTRIJDSTER
GEARRESTEERD 1944
IN DOORN
VERMOORD 21-FEB-1945 
RAVENSBRÜCK

HIER WOONDE 
JACQUELINE LOUISE
VAN DER AA
GEB. 1920
VERZETSSTRIJDSTER
GEARRESTEERD 1944
IN DOORN
VERMOORD 3-APR-1945 
RAVENSBRÜCK

Bramine van der Aa-Meertens woonde met haar dochter Jacqueline op de Oude Arnhemse Bovenweg 1 in het huis met de naam het Chalet.

Zij hadden een Joodse onderduiker onderdak geboden. Jacqueline kon goed tekenen en was het verzet behulpzaam met het vervalsen van papieren. Het huis lag nogal afgelegen en daarom was het geschikt voor een zendpost van het verzet. Er werd met toestemming van mevrouw van der Aa in een schuur bij het huis een zendpost ingericht waarmee contact werd onderhouden met Londen en met andere afdelingen van het verzet.

Helaas werd de zendpost door de Duitsers in 1944 uitgepeild. Er vond een overval plaats en allen, ook de onderduiker, werden gearresteerd. Moeder en dochter werden opgesloten in de gevangenis en vervolgens gedeporteerd naar kamp Vught. Toen de geallieerden vanuit het zuiden naderden werd het kamp ontruimd en de vrouwen naar het vrouwenconcentratiekamp Ravensbruck gedeporteerd. Daar zijn zij vlak voor de bevrijding aan ziekte en ontbering overleden, 55 jaar en 25 jaar oud.

Parklaan 3

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE 
ERIKA HOFFMANN
GEB. 1931
GEDEPORTEERD 4-MEI-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 7-MEI-1943
SOBIBOR

HIER WOONDE 
BARUCH KOHN
GEB. 1866
GEDEPORTEERD 4-MEI-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 7-MEI-1943
SOBIBOR

HIER WOONDE 
MARGIT HOFFMANN-
KOHN
GEB. 1904
GEDEPORTEERD 4-MEI-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 7-MEI-1943
SOBIBOR

HIER WOONDE 
MATHILDA KOHN-
KOHN
GEB. 1873
GEDEPORTEERD 4-MEI-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 7-MEI-1943
SOBIBOR

HIER WOONDE 
ELISABETH KOHN
GEB. 1898
GEDEPORTEERD 4-MEI-1943
UIT WESTERBORK 
VERMOORD 7-MEI-1943
SOBIBOR

De familie Kohn- Hoffmann  bestaat uit opa Baruch, oma Mathilda, moeder Elisabeth, tante Margit en kleindochter Erika.

De familie Kohn was als Duitse joodse vluchtelingen voor de oorlog, via Frankrijk op weg naar Argentinië. De echtgenoot van Elisabeth werd ziek en bleef in Parijs achter, waar hij later overleed.

De familie is naar Nederland gekomen en werd doorgestuurd naar Westerbork. Omdat zij familie hadden in Rotterdam mochten zij later daar heen. In 1941 mochten zij verhuizen naar Doorn, waar ze in 1943 opgepakt werden, weer naar Westerbork gebracht en 3 dagen op 7 mei 1943 in Sobibor vermoord. Baruch, 77, Mathilda 69, Elisabeth 44, Margit 38 en Erika 11 jaar oud.

Erika zat op de openbare school in Doorn en had vriendinnetjes die in haar poëziealbum hebben geschreven. Dit album is bewaard gebleven evenals een brief die Erika aan haar vriendinnetjes heeft geschreven vanuit Westerbork.

Parklaan 4

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE 
JHR GERALD LOUIS 
WILLEM VAN LOON
GEB. 1920
VERZETSSTRIJDER
GEARRESTEERD 12-AUG-1944
IN DEN HAAG
VERMOORD 15-APR-1945 
BERGEN BELSEN

Jhr. Gerald Willem Louis van Loon, telg van de bekende familie van Loon van Hydepark en la Foret, studeerde in Leiden rechten en in de mobilisatietijd werd hij leerling van de School voor reserve officieren cavalerie. Zijn naam is vermeld op het Cavaleriemonument in Amersfoort.

Gerald heeft vanaf die tijd op allerlei adressen gewoond. Officieel woonde hij echter op het adres van zijn vader, Parklaan 4, maar hij heeft ook bij zijn moeder in Duitsland
gewoond. Hij woonde in Eindhoven toen hij bij de Philips fabrieken werkte en in Den Haag toen hij een baantje had bij het Rode Kruis.

In augustus 1944 is hij door de Duitse politie gearresteerd in Den Haag waar hij met 3 anderen bezig was met vervalsen van ausweise en distributiekaarten.

Hij bleek dus volop in het verzet te zitten. Hij is in Scheveningen opgesloten en naar kamp Vught gebracht. Bij nadering van geallieerden zijn de mannelijke gevangenen gedeporteerd naar het kamp Sachsenhausen. Daar moest hij onder erbarmelijke omstandigheden werken in een vliegtuigfabriek. Toen de Russen naderden werd hij met vele anderen gedeporteerd naar Bergen Belsen. Hij was toen al ziek. Hij is daar eind maart begin april overleden, 25 jaar oud. De officiële datum is 15 april, de dag dat de
Engelsen het kamp bevrijdden.

Sitiopark 2

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE 
HARTOG ABRAHAM 
VAN OS
GEB. 1893
GEDEPORTEERD 6-JUL-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 9-JUL-1943
SOBIBOR

HIER WOONDE
ROOSJE VAN OS-ALBIN
GEB. 1891
GEDEPORTEERD 6-JUL-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 9-JUL-1943
SOBIBOR

HIER WOONDE
EDUARD SIGISMUND 
VAN OS
GEB. 1935
GEDEPORTEERD 6-JUL-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 9-JUL-1943
SOBIBOR

Het liberaal joodse gezin van Os, vader Hartog, koopman van beroep, moeder Roosje Albin en zoon Eduard Sigismund kwamen in 1941 uit Amsterdam. Zij begonnen in Doorn een pension. Zij waren in 1921 getrouwd en kregen in 1935 hun enig kind, zoon Eduard.

Wij weten dat zij via een aangetrouwde familie in Tiel contact hadden met de Doornse familie Spitzmacher, de dochter had de naam van tante Eef, die vele onderduikers heeft gehuisvest.

De familie is in 1943 opgepakt en via Westerbork gedeporteerd naar het  vernietigingskamp Sobibor, waar zij op 9 juli 1943 zijn overleden. Hartog 50, Roosje 51 en Eduard slechts 8 jaar oud.

Sitiopark 6

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE 
ERICH HEINRICH
ROSENTHAL
GEB. 1902
GEDEPORTEERD 5-APR-1944
UIT WESTERBORK
VERMOORD 21-JAN-1945
BERGEN-BELSEN

HIER WOONDE
KARL ROSENTHAL
GEB. 1866
GEDEPORTEERD 13-APR-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 16-APR.1943
SOBIBOR

HIER WOONDE 
SOPHIE ROSENTHAL-
SCHLOSS
GEB. 1878
GEDEPORTEERD 13-APR-1943
UIT WESTERBORK
VERMOORD 16-APR-1943
SOBIBOR

Hier woonde het gezin Rosenthal. Vader Karl, moeder Sophie Schloss en zoon Erich Heinrich, diens vrouw Maria Goldschmidt en hun dochtertje Elisabeth geboren in 1938 in Rotterdam, waar de familie eerst heeft gewoond na hun vlucht uit Stuttgart.

De grootouders van Elisabeth zijn begin april 1943 opgepakt en op 16 april vermoord in Sobibor, hij 77 en zij 65 jaar oud. 

De vader en moeder van Elisabeth en zijzelf moesten eerst naar Amsterdam verhuizen en zijn via Westerbork in 1944 gedeporteerd naar Bergen Belsen. De vader, Erich Heinrich is daar in 1945  overleden, 42 jaar oud. De moeder en Elisabeth zijn op het laatst van de oorlog nog op transport gezet in een trein naar Theresienstadt, maar zijn door de Amerikanen bevrijd. Zij zijn na de oorlog naar Amerika geëmigreerd.

Sparrenlaan 43

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE
EMMY POLLAK-SCHWARZ
GEB. 1904
GEDEPORTEERD 1942
UIT WESTERBORK
VERMOORD 30-SEP-1942
AUSCHWITZ

Het verhaal van de joodse Emmy Schwarz, die woonde op Sparrenlaan 43, is nog grotendeels onbekend. Wij weten dat ze in 1904 geboren is in Wenen en daar tot 1938 woonde in de Hadikgasse.

In de verplichte rapportage van 25 januari 1943 van de gemeente Doorn aan de Sicherheitspolizei over de in Doorn wonende Joden wordt gemeld dat Emmy Schwarz is verhuisd (een eufemisme voor deportatie) naar Duitsland. Wij weten nu dat ze in kamp Westerbork is getrouwd met Fritz Pollak, ook uit Oostenrijk. Emmy Pollak -Schwarz is op 21 augustus 1942 op transport gezet naar Auschwitz. Daar is ze op 30 september 1943 overleden, 39 jaar oud.

Een verder onbekende vrouw, zoals zo velen gevlucht voor de Nazi’s naar het neutrale en veilig geachte Nederland en toch hier in de val gelopen.

Van Bennekomweg 38a

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE 
HENDRIKUS PHIELIX
GEB. 1900
KRIJGSGEVANGENE
GEDEPORTEERD 1943
UIT AMERSFOORT
VERMOORD 26-AUG-1943 
ALTENGRABOW

Hier woonde Hendrikus Phielix samen met zijn vrouw Annemietje Stoltenkamp. Henk was beroepssergeant van het Korps Mariniers in Rotterdam en als zodanig actief in de meidagen 1940.

Na de capitulatie liet de bezetter de krijgsgevangen militairen weer vrij. Inmiddels waren zij verhuisd naar Doorn. In mei 1942 kregen de beroepsofficieren en onderofficieren echter de oproep om zich binnen drie dagen bij de Duitse instanties te melden. Zij werden weer in krijgsgevangenschap genomen met de bedoeling om in Duitsland te werk gesteld te worden. De oproep riep een golf van protest op en mondde uit in de april/mei-staking.

Henk Phielix heeft zich niet aan deze oproep kunnen onttrekken en heeft zich op 13 mei in Amersfoort gemeld. Hij is afgevoerd naar het Stammlager XI-a Altengrabow in Duitsland. De krijsgevangenen kregen in het kamp zeer slecht en weinig te eten om ze verleiden te gaan werken.

Velen weigerden echter te werken. Door het slechte eten werden velen ernstig ziek, onder wie sergeant Phielix. Hij overleed op 26 augustus 1943 aan een acute darmontsteking. Hij was 43 jaar oud. Hij is na de oorlog overgebracht naar het Ereveld in Loenen.

Wilhelminaweg 10

Tijdens de ceremonie werd onderstaande tekst voorgelezen.

HIER WOONDE
CORNELIS JAN DE KOCK
GEB. 1911
VERZETSSTRIJDER
GEARRESTEERD 7-OKT-1943
IN AMSTERDAM
GEÏNTERNEERD 14-12-1943 
ORANJE HOTEL DEN HAAG
VERMOORD 14-MRT-1945
SIEGBURG

Cornelis Jan de Kock is geboren op 17 mei 1911 in Waardenburg, gehuwd op 9 juni 1942 met Grietje Friesema uit Doorn.

Kees de Kock was van beroep inspecteur BBN, Bond van Bedrijfsauto-houders in Nederland, een soort BOVAG. In de oorlog heeft hij in de illegaliteit van Soest gezeten. In oktober 1943 is hij in Amsterdam door de SD gearresteerd terwijl hij een aantal Joden begeleidde, die zouden worden overgebracht van Amsterdam naar Utrecht.

Wegens hulp aan Joden, wapenbezit, sabotage en spionage is hij door het Duitse Obergericht tot de doodstraf veroordeeld. Hij heeft tot 6 juni 1944 in dodencel 604 van de Scheveningse gevangenis gezeten (Oranjehotel). Zijn vrouw heeft hem daar herhaaldelijk bezocht. Zij schreef later dat zij duidelijk kon zien dat hij daar gemarteld is. 

De straf is later omgezet in 10 jaar tuchthuisstraf. Hij is vervolgens overgebracht naar een gevangenis in Siegburg (Duistland), daar is hij door uithongering en uiteindelijk vlektyfus op 14 maart 1944 overleden, 33 jaar oud. Hij is na te zijn begraven in Siegburg en herbegraven in het familiegraf in Heteren(Gld) uiteindelijk herbegraven op het Ereveld in Loenen op de Veluwe.

Struikelstenen Sitiopark 2 in Doorn